Onderzoek: Neuroatypische studenten worden veel vaker gepest dan hun neurotypische leeftijdsgenoten

Leerlingen die zichzelf als neuroatypisch beschouwen, ervaren veel vaker geweld en uitsluiting op school dan anderen, volgens een rapport dat dinsdag werd gepresenteerd aan de SWPS University. De bevindingen van het onderzoek tonen aan dat verschillen in functioneren een ernstige risicofactor vormen.
Het rapport, getiteld "Pesten – het perspectief van neuroatypische individuen. Schoolervaringen met neurodiversiteit", werd opgesteld als onderdeel van het project "Doorbreek de cyclus van geweld op je school", uitgevoerd door SWPS University, de UNIQA Foundation en het RESQL-team. De analyse omvatte gegevens verzameld van meer dan 12.800 leerlingen van 88 middelbare scholen die in 2024 het RESQL-systeem – een hulpmiddel ter bestrijding van pesten door leeftijdsgenoten – hadden geïmplementeerd.
Neurodiversiteit is een term die de natuurlijke variatie in het menselijk brein beschrijft. Neuroatypische personen kunnen informatie anders verwerken, meer of minder gevoelig zijn voor stimuli en anders functioneren in groepen. Dit concept is in verband gebracht met aandoeningen zoals ADHD, autismespectrumstoornis, dyslexie, dyscalculie, dyspraxie (moeite met het plannen van bewegingen), het syndroom van Gilles de la Tourette en obsessief-compulsieve stoornis (OCS).
Uit het onderzoek bleek dat een aanzienlijk percentage studenten zich neuro-atypisch noemde. Bijna 9% van de ondervraagden identificeerde zich zo, en nog eens 13% identificeerde zich als "tamelijk neuro-atypisch", wat neerkomt op een totaal van 22% van alle respondenten.
Gegevens uit het rapport tonen duidelijk aan dat neuroatypische studenten onevenredig vaak slachtoffer zijn van diverse vormen van agressie. Meer dan 16% van de neuroatypische studenten krijgt te maken met grove grappen (vergeleken met 5% van de neurotypische studenten). Meer dan 15% van de niet-neurotypische studenten ervaart isolatie van de groep (vergeleken met 4% van de neurotypische studenten). Duwen of slaan komt tot vijf keer vaker voor binnen deze groep dan tegen hun neurotypische leeftijdsgenoten.
Deskundigen benadrukken dat pesten zelden wordt veroorzaakt door opzettelijke kwaadaardigheid van leeftijdsgenoten. "Het pesten dat neuroatypische personen ervaren, komt niet doordat de kinderen die hen pesten slecht zijn. Het komt voort uit ons onvermogen om een positief, ondersteunend klimaat op school te creëren", aldus dr. Małgorzata Wójcik, hoogleraar aan de SWPS-universiteit.
Volgens de onderzoeker is het opbouwen van integratie en begrip voor diversiteit cruciaal. Wanneer klasgenoten merken dat iemand zich anders gedraagt of speciale aanpassingen nodig heeft, en niemand dit uitlegt, ontstaan er wrijving en een gevoel van onrechtvaardigheid. Professor Wójcik noemt voorbeelden van ouders die, in overleg met de leerkracht, de diagnose en problemen van hun kind met de klas deelden. Toen leerlingen bijvoorbeeld merkten dat hun klasgenoot het stressvol vond als iemand luidkeels voor hen sprak, hen van achteren benaderde of hen recht in de ogen keek, begonnen ze deze grenzen te respecteren.
Dr. Agnieszka Tomasik, directeur van het Algemeen Onderwijsschoolcomplex nr. 8 in Gdansk, benadrukte dat aanpassingen voor neuroatypische leerlingen net zo standaard zouden moeten zijn als op hoogte verstelbare bureaus.
"De onderwijswet vereist dat scholen inclusief zijn", herinnerde ze de leerlingen eraan. Op haar school kan een leerling met ADHD op een oefenbal zitten en de tafels zijn zo ontworpen dat leerlingen die veel bewegen tijdens de lessen door het klaslokaal kunnen rennen. Voor degenen die het lastig vinden om de hele dag in een grote groep te zitten, is er een speciale ruimte voor zelfstudie beschikbaar.
Dr. Piotr Rycielski, psycholoog aan de SWPS University en medeauteur van de studie en het RESQL-systeem, zei dat schoolervaringen een directe invloed hebben op het welzijn van neuroatypische leerlingen. "Mensen in deze groep hebben veel meer kans op hoofdpijn (41% versus 18,7% bij neurotypische personen), rugpijn (48,7% versus 26%), angst (45,6% versus 10%) en moeite met inslapen (50,7% versus 22,4%)." Psycho-educatie en emotionele ondersteuning vormen een dringend noodzakelijke EHBO-doos, merkte hij op.
Een hulpmiddel dat scholen kan helpen bij de aanpak van pesten is het RESQL-systeem. Hiermee kunnen leerlingen anoniem melden dat ze getuige zijn geweest van pesten of slachtoffer zijn geworden van pesten. Dit is een goede oplossing voor neurotypische leerlingen, omdat ze een zeer duidelijke procedure krijgen voor wat te doen als er een probleem ontstaat.
"Pesten ontstaat binnen het systeem – in de klas, in de groep. Onze taak als volwassenen is om het zo te organiseren dat het niet gebeurt. En dat is mogelijk", concludeerde professor Wójcik.
Ludwig Tomal (PAP)
lt/ zan/
naukawpolsce.pl