Selecteer taal

Dutch

Down Icon

Selecteer land

Portugal

Down Icon

Digital Markets Act: EU verklaart de oorlog aan technologie

Digital Markets Act: EU verklaart de oorlog aan technologie

“Als het nog niet gereguleerd is, reguleer het dan. Als het al gereguleerd is, bestraf het dan.”

Dit lijkt het mantra te zijn dat de aanpak van de Europese Unie ten aanzien van de digitale economie beheerst. Onder het voorwendsel de consument te beschermen, profileert Brussel zich als de grote burgerwacht tegen de ‘misstanden’ van grote technologiebedrijven.

Onlangs maakte de Europese Unie trots bekend dat het Apple en META een boete had opgelegd omdat zij zich niet aan de onlangs ingevoerde Digital Markets Act hielden:

In het geval van Apple was de boete van € 500 miljoen te wijten aan het feit dat het bedrijf regels had opgelegd die, volgens de Europese Commissie, ontwikkelaars "beperkten of ontmoedigden" om alternatieven voor de officiële winkel aan te bieden. Ervan uitgaande dat programmeurs dit systeem zijn gaan gebruiken omdat het hun duidelijke voordelen bood. Een programmeur die een applicatie voor Apple maakt, onderwerpt zich automatisch aan de regels van het bedrijf. Dit is een vrijwillige handeling, aangezien deze professional de vrijheid heeft om te besluiten zijn product niet voor iOS te maken.

Uiteindelijk gaat het om de contractuele vrijheid die bestaat tussen een individu en een bedrijf, maar voor de Europese Unie is het een aanval op de vrije concurrentie en dwingt het de particuliere onderneming om de controle over haar eigen product op te geven. Een soort regulatieve onteigening.

Wat de META-zaak betreft, is er weinig dat de straf rechtvaardigt: het bedrijf geeft zijn gebruikers letterlijk de optie om te kiezen of ze advertenties willen zien, of om te betalen en er niets mee te maken te hebben. Het is de moeite waard om de oude leer van Adam Smith in herinnering te roepen, namelijk dat wij ons avondeten niet verwachten uit goede wil van de bakker, maar uit consideratie die hij heeft voor zijn eigen belangen. Daarom moeten META-diensten, die in principe gratis platforms zijn, inkomstenbronnen hebben, waarbij reclame een belangrijk deel van de inkomsten van deze bedrijven vormt. Er is niets nieuws of revolutionairs aan, het werkt zo met open televisiediensten, waarbij degenen die dat niet willen, kunnen kiezen voor streamingdiensten of een andere marktoptie.

Als een bedrijf merkt dat het beperkt wordt in zijn hoofddoel, of we dat nu leuk vinden of niet, namelijk winst, dan blijft er niet veel meer over voor het bedrijf. Het bedrijf gaat dan namelijk alles in rekening brengen en verliest daardoor gebruikers. Het bedrijf kan ook de gratis aard van zijn diensten drastisch inperken.

Het verhaal is verleidelijk: de Amerikaanse giganten verpletteren de kleine jongens, en alleen een ferme, logisch denkende Europese vuist kan hen redden. Maar de geschiedenis heeft niet aangetoond dat regimes waarbij de staat buitensporig ingrijpt in de economie, bijzonder succesvol zijn: nationalisaties, subsidies en beperkingen veroorzaken verstoringen op de markt die de Europese Unie niet nodig heeft en waar ze zeker afstand van moet nemen, vooral in de huidige handelsoorlog met de VS, waarin de Unie productiever moet zijn dan ooit. DMA was een fout en moet worden teruggedraaid.

Als de Commissie zich werkelijk bekommert om het verdedigen van de concurrentie, dan ligt de oplossing niet in het beperken van de winstmogelijkheden van marktleiders, maar in het waarborgen dat nieuwe ondernemingen op gelijke voet kunnen concurreren, zonder te worden belemmerd door belastingen, bureaucratie of willekeurige wetgeving. Het is opvallend dat juist deze Europese wetgevingswirwar vaak de ontwikkeling van werkelijk innovatieve alternatieven op het continent zelf in de weg staat.

Europa kent geen Google, Apple of Facebook, maar er is wel sprake van een lawine aan regelgeving die voortkomt uit ongenoegen over de afwezigheid van deze technologische giganten op Europese bodem. In plaats van de voorwaarden te scheppen waarin concurrerende bedrijven kunnen ontstaan, is het beter om de bedrijven die het wel hebben gered op de wereldmarkt, te verzwakken. Deze visie is niet nieuw en sluit goed aan bij de geest van de EU van de afgelopen jaren: een weerspiegeling van de angst voor economische vrijheid en de voorkeur voor technocratische controle.

De Europese Unie lijkt niet te begrijpen dat het vertrouwen van de consument wordt gewonnen door waarde en niet door commissies. Wanneer de staat de markt op een bepaalde manier wil dwingen, is het resultaat zelden het gewenste. Innovatie ontstaat niet door wettelijke verplichtingen, maar door de vrijheid om te creëren, te experimenteren en fouten te maken.

Dit interventionistische model, vermomd als welwillend protectionisme, negeert een simpele realiteit: consumenten hebben al macht. Ze hebben meer informatie, meer keuzes en meer inspraak dan ooit tevoren. Als je Apple of META niet leuk vindt, verlaat ze dan.

De echte toezichthouder op een vrije markt is de consument, niet een commissaris in Brussel.

observador

observador

Vergelijkbaar nieuws

Alle nieuws
Animated ArrowAnimated ArrowAnimated Arrow