Het CCJ van de Kamer bespreekt de mogelijkheid om de straf voor het online lokken van minderjarigen te verzwaren.

De Commissie Grondwet en Justitie van de Kamer van Afgevaardigden heeft woensdag de 13e het wetsvoorstel op de agenda gezet dat de straffen uitbreidt voor het misdrijf van het lokken van kinderen en adolescenten via internetcommunicatietoepassingen.
Het voorstel, opgesteld door voormalig afgevaardigde Shéridan (PSDB-RR), wijzigt de Kinder- en Jeugdwet (ECA) door een verhoging van de straf met een derde in te voeren wanneer de overtreding plaatsvindt op digitale platforms, zoals sociale netwerken en chatdiensten .
Momenteel varieert de straf voor dit soort misdrijven van drie tot zes jaar gevangenisstraf, plus een boete. Met de wijziging wordt de minimumstraf verhoogd naar vier jaar en de maximumstraf naar acht jaar, terwijl de boete gelijk blijft . De tekst beoogt het gebruik van internet als middel om criminelen in contact te brengen met hun slachtoffers te ontmoedigen.
Situaties waarin de dader de toegang van kinderen tot pornografisch materiaal faciliteert of aanzet tot het verrichten van ontuchtige handelingen, of waarin het slachtoffer wordt aangezet tot seksueel expliciete uitingen van zijn gedrag , vallen voortaan onder dezelfde straf.
Voor de auteur heeft technologische vooruitgang voordelen opgeleverd, maar het heeft ook mogelijkheden gecreëerd voor criminele praktijken die voorheen afhankelijk waren van fysiek contact. "Communicatie-apps bieden anonimiteit en snelheid, wat de acties van rekruteerders kan vergemakkelijken. We hebben wetten nodig die deze realiteit weerspiegelen en onze kinderen beschermen", betoogde Shéridan in de motivering bij de tekst.
De opname van het voorstel op de agenda van het CCJ vindt plaats op een moment dat er in het Congres een intens debat gaande is over cybercriminaliteit tegen minderjarigen. Voorzitter van het Huis van Afgevaardigden Hugo Motta (Republikeinen-PB) heeft al aangegeven dat hij van plan is om kwesties op dit gebied op de agenda van de plenaire vergadering te plaatsen.
Als de CCJ het wetsvoorstel goedkeurt, zal het ter stemming worden voorgelegd aan de voltallige Kamer van Afgevaardigden. Indien het zonder wijzigingen wordt goedgekeurd, zal het ter beoordeling aan de Senaat worden voorgelegd. Verwacht wordt dat de discussie wetgevers van verschillende partijen zal mobiliseren, gezien de maatschappelijke aantrekkingskracht van het onderwerp en de maatschappelijke druk om strengere maatregelen te nemen tegen seksuele uitbuiting van kinderen in de virtuele wereld.
CartaCapital